Onderwerp


woensdag 23 mei 2012

De weg van de minste weerstand

De eerste twee artikelen op deze blog doen wellicht vermoeden dat het gedrag van dieren het onderwerp is van deze blog. Dat is zeker niet het geval. Het onderwerp is de factoren blootleggen die ons gedrag bepalen. De belangrijkste factor die ons gedrag bepaalt, is een biologische factor: de ingebakken voorkeur om het eigen doel te bereiken via de weg van de minste weerstand. Om de simpele reden dat die weg de minste inspanning of energie kost om je doel te bereiken. Die ingebakken of energetische voorkeur, bepaalt het gedrag van elk organisme dat we kennen. Van de eencellige bacterie tot en met de mens.

De energetische voorkeur heeft een basale biologische functie: de kans op overleven vergroten. Die kans neemt toe naarmate een organisme meer calorieën of energie haalt uit voedsel, dan het aan energie heeft verbruikt om aan dat voedsel te komen. Deze basale functie heeft zich gaandeweg de evolutie ontwikkeld tot een selectiemechanisme voor de manier waarop we te werk gaan. Wat resulteert in de keuze voor de manier die de minste inspanning vergt om een doel te bereiken. Een keuze die ons brein razendsnel maakt, nog voordat we ons daar bewust van kunnen zijn.

Om de werking van de energetische voorkeur te leren herkennen in gedrag, begint met het observeren van gedrag. Stel u daarbij dan de volgende vraag: waarom is de manier waarop ik iemand iets zie doen, voor diegene de makkelijkste manier.

woensdag 16 mei 2012

Samenwerken gaat vanzelf

Samenwerken is iets dat we organiseren en daarvoor heb je bewustzijn en rationaliteit nodig. Dat hebben we dankzij de miljarden cellen die met elkaar het menselijk brein vormen. Maar wil dat ook zeggen dat het hebben van een dergelijk complex brein de voorwaarde is om samenwerken te ontwikkelen? Op de foto zien we twee beestjes of amoebes. Die bestaan uit niet meer dan uit één enkele cel. Miljoenen van deze, volkomen hersenloze, beestjes zijn in staat om samen te werken. Dat doen ze als er een tekort aan voedsel is. Dan vormen ze zichzelf tot een soort steel. Op die manier duwen ze een deel van hun groep de hoogte in. Steekt de wind op, dan drijft die kleine groep mee op de wind. Weg van de plek waar geen voedsel meer is te vinden. 

Dus ook zonder brein wordt gedrag, zelfs van een eencellig 'beestje', gestuurd op samenwerken. Vanuit onze organisatorische blik zouden we dat niet anders kunnen formuleren, dan dat samenwerken zich ook vanzelf ontwikkeld. Ook bij ons. Want de biologische factoren die het gedrag van amoebes sturen op samenwerken, zijn bij onbewuste factoren. Factoren op geleide waarvan het menselijk brein gedrag stuurt op samenwerken.

PLoS Biology, 2008 'Kin discrimination increases with genetic distance in a social amoeba'.

woensdag 9 mei 2012

Coöperatief leiderschap

Hiernaast op de foto ziet u twee stekelbaarsjes. Verscholen in het groen om niet te worden opgemerkt door een roofvis. Om aan voedsel te komen, moeten ze echter wel hun schuilplaats verlaten. Daarmee nemen ze het risico te worden gespot door een roofvis, die wel een stekelbaarsje lust. Laat je stekelbaarsjes in hun eentje naar voedsel  zoeken, dan kun je ze indelen in twee types. De risiconemers die zo'n vijftig keer per uur hun schuilplaats verlaten en de risicomijders die niet verder komen dan zeventien keer per uur.

Zet je een risiconemer en een risicomijder bij elkaar, dan zien we iets opmerkelijks. Dan trekken ze er samen vierenzestig keer op uit. Met als positief effect dat voor ieder afzonderlijk de kans op voedsel toeneemt. Samenwerken loont dus en lijkt zich volkomen vanzelf te ontwikkelen. Althans zonder een complex menselijk brein dat bewust en rationeel de samenwerking organiseert. Opmerkelijk is dat ook leiderschap zich vanzelf ontwikkelt. Want het stekelbaarsje, dat het meeste risico neemt, wordt gevolgd door degene die het risico mijdt. Zo ontwikkelt zich vanuit het samenwerken, als vanzelf, deze coöperatieve manier van leiderschap.

Current Biology 2009 'Social feedback and the emergence of leaders and followers'.